Is het superleuk of super leuk?
Uitleg:
1. “Super” als voorvoegsel:
Wanneer “super” gebruikt wordt als een versterkend voorvoegsel (zoals in dit geval), wordt het aan het bijvoeglijk naamwoord vastgeschreven.
2. Samenstellingen met “super”:
“Super” vormt vaak samenstellingen met andere woorden, vooral met bijvoeglijke naamwoorden en zelfstandige naamwoorden. Deze worden als één woord geschreven.
3. Voorbeelden van correcte schrijfwijze:
– supermooi
– supergroot
– supermarkt
– superheld
4. Uitzonderingen:
“Super” wordt los geschreven als het als bijvoeglijk naamwoord of bijwoord op zichzelf staat. Bijvoorbeeld: “Die film was echt super.”
5. Vergelijking met andere voorvoegsels:
Deze regel is vergelijkbaar met andere versterkende voorvoegsels zoals “hyper-“, “ultra-” of “mega-“. Bijvoorbeeld: hypermodern, ultrasnelle, megagroot.
Dus in de gegeven zin is de correcte schrijfwijze: “De film was superleuk.”
Deze regel helpt om de versterkende functie van “super” in de samenstelling duidelijk te maken en bevordert de leesbaarheid van de tekst.